Op handen gedragen
Click op de voetnoten en zie mijn helen op het zandbed
Met het voornemen bij de plastisch chirurg er ‘zittijd’ bij te kopen, ging ik vandaag op de eerste controle na m’n operatie. Een week geleden was ik namelijk uit het ziekenhuis ontslagen, onder de restrictie dat ik per dag maar drie keer een uur mag zitten.
Eenmaal thuis realiseerde ik mij pas welk een grote opgave dat is. Per etmaal ben ik circa zestien uur op, minus drie zituren, blijft er dertien uur over om te lopen, te staan en te liggen. Daar gaat dan een kleine twee uur maximaal wandelvermogen van af, houd ik nog altijd 11 uur over, waarbij ‘staan’ op m’n wandelpoten bijna onmogelijk is gebleken. Die tijd ben ik dus veroordeeld tot bankliggen, natuurlijk exclusief acht slaapuren in bed. Gevolg is dat alle kanten van mijn lijf pijnlijke signalen afgeven, kennelijk om mij zo onder druk te zetten, mijn lichaamsdelen weer als van ouds normaal, vooral op het juiste moment in te zetten. Vandaar mijn voornemen er zituren bij te kopen.
Al gauw bleek dit niet nodig te zijn. De chirurg was meer dan tevreden over het behaalde resultaat. “Meneer Kroon, wij hebben op alle medische terreinen veel in uw operatie geïnvesteerd en dat heeft zich nu volledig uitbetaald. Voor mij is dit het droomscenario geworden.” mooier kon zijn tekst niet zijn. Hoewel, met “Uzelf heeft het ook fantastisch gedaan, want het is bepaald geen sinecure om veertiendagen lang in een houding op een zandbed te moeten liggen”, gaf de dokter een aangename toegift.
Nu wilde ik mij ook niet onbetuigd laten, want voor deze kundige arts gaat er geen zee te hoog. Na een week zandbed, mocht ik er dagelijks een halfuurtje uit, om even te staan en stukjes te lopen. Maar daarbij mocht ik absoluut niet zitten, waardoor het probleem ontstond dat ik niet uit de bak van het zandbed kon komen. De laatste mogelijkheid van een bedlift viel af, doordat daarvoor ik draagbanden onder mijn gat zou krijgen. “Hoeveel weegt u?” vroeg de arts verrassend. “Uhh, bij opname 88 kilo.” De plastisch chirurg, boog zich over mij heen, pakte me bij kop en kont en tilde mij zo uit bed, om mij een half uurtje later er weer in te tillen. Alsof het de normaalste zaak van de wereld is, er geen ARBO bestaat, haalde hij dat kunstje nog vijf dagen uit.
Een gebeurtenis wat onder het verplegend personeel van het ziekenhuis rond ging zingen. Meeliftend kreeg ik daardoor ziekenhuiselijke bekendheid, “als de man die letterlijk door zijn arts op handen werd gedragen.” Mijn passende tekst wuifde de medische diehard lachend weg met: “Tja, het was inderdaad een beetje ongewoon, maar het was het waard. En wat mij betreft zijn er geen beperkingen meer voor u. Hier hoeft u niet meer terug te komen. Veel succes met uw verdere herstel.”
Met kinderlijke blijheid verliet ik, al fluitend een song van Ramses Shaffy, het ziekenhuis. “Loop, lig, sta, zit, lach, geniet en bewonder…..”
0513
“Zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder”
https://www.youtube.com/watch?v=N_9Q0Xlw0Tk