De selectieve genen
Click op de foto en zie de Kroontjes op de speedwaymotor op de Haagse Zuiderparklaan
Vandaag is het de geboortedag van mijn vader. Hoewel onze relatie, sowieso voor mijn trouwen moeizaam was, prijs ik mij gelukkig importante genen van hem meegekregen te hebben. Vooral van zijn Haagse humor, waaraan mijn moeder een behoorlijke dosis Amsterdamse humor heeft toegevoegd, geniet ik (bijna) dagelijks. Het heeft mij, maar ook mijn zusje, zelfs door de moeilijkste tijden heen gebracht.
Jammer dat zijn technische-gen via zijn chromosomen niet aan mij is doorgegeven. Als handige jongen had ik dan veel dichter bij hem gestaan. Had mijn helpende hand in de motorwerkplaats goed van pas gekomen. Nu kon ik niets meer dan de motoren in de showroom poetsen, een rotklus waarvoor ik ook nog wel eens een straatje omliep.
Natuurlijk was mijn vader best trots op datgene ik met mijn twee linker handen nog heb weten te bereiken. Ook had hij er al lang vrede mee dat zijn ‘Speedy Gonzales-gen’ mij nooit heeft bereikt. Hij zou het zelfs niet hebben gewild, dat ik aan de gevaarlijke Speedway of wegraces meegedaan zou hebben. Wel had hij mij graag als wielrenner gezien. Wat ik ook was, alleen op de top van die carrière ben ik gestopt, op dertien jarige leeftijd als Haags kampioen op de hometrainer. Gelukkig heeft mijn broer hem nog de titel van Kampioen van Nederland achter grote motoren kunnen geven.
Vierendertig jaar na zijn overlijden heb ik hem postuum nog een groot plezier kunnen doen, door contact te hebben met mijn Alkmaarse plaatsgenoot Bink du Pont, de zoon van de eigenaar van de MV Augusta, waarop mijn vader veel wedstrijden heeft gewonnen. Bink bracht mij zelfs tijdens historische motorwedstrijden in contact met mannen die nog met mijn vader hebben gereden, zoals Joop van Brecht.
Twee weken geleden was ik in Voorburg nog bij die 87 jaar oude Joop, die mij een ochtend lang terug bracht in de tijd, dat ik een mannetje was van een jaar of tien. Heel veel van zijn schitterende verhalen wist ik mij nog te herinneren.
Dus pap, nooit ben ik op zo’n racer gekropen, maar ik heb er wel fantastische herinneringen aan overgehouden.
1216
Toch nog het beste paard? | Tijd van de baas zelf
Heerlijke ventjes, zulke guitige snuitjes,, toen was er can mij nog geen spraken