De schone schijn van mijn katerkoppie
Click op de foto voor de korte bijschriften
Kiwi had een Haagse kater kunnen zijn. Hij wist heel goed zijn cover op te houden met: “Nee hoor baasje, ik voel me vandaag niet helemaal lekker, dat gaat gewoon weer over.” Zijn doen en laten bleef dan ook heel stoer.
In die tussentijd werd hij steeds zieker, wilde of kon niet meer eten en dronk nauwelijks. Tot twee keer aan toe werd hij opgenomen voor grondig onderzoek, kreeg via infuus vocht toegediend en moest aan de dwangvoeding. Het mocht allemaal niet baten, want zelfstandig eten lukte niet meer.
Het onvermijdelijke besluit kwam van de dierenarts: “Wij kunnen echt niets meer voor Kiwi doen, het is nu al een lijdensweg voor hem geworden. Met veel pijn in mijn hart moest ik mij er bij neerleggen. M’n katerkoppie kwam nog eventjes naar huis om afscheid te nemen.
Ondanks dat hij nu maar één nachtje van huis was geweest, liep Kiwi zoekend door het huis. Het leek of hij alles nog één keertje wilde meemaken. De kamerdeur hield ik dicht om zijn verlangen naar zijn tuin niet aan te wakkeren. Bij zijn gescharrel door de badkamer deed ik traditioneel de douche eventjes aan om hem te laten drinken.
Na dit spelletje een paar keer te hebben herhaald ging hij nog heel netjes op de bak een drolletje draaien. Vervolgens weer even de logeerkamer in om aan de straatkant naar buiten te kijken. Natuurlijk, geheel naar zijn wens, het raam daarbij op een kiertje.
Alsof dit ook moest worden afgevinkt, ging hij naar de slaapkamer. In die tussentijd bleef ik maar foto’s van hem maken, in het besef dat dit de allerlaatste plaatjes waren. Ook nu moest gedrag worden herhaald. Alsof hij mij er toe aanspoorde, ging ik op bed liggen waarbij m’n liefste katerkoppie gewoontegetrouw in mijn armen kwam liggen. Nog een keer goed voor mijn knuffelcessie.
Hij was te ongedurig om dit nog lang(er) vol te houden en met een paar zielig klinkende miauwtjes leek de tijd voor het vreselijke afscheid gekomen te zijn. Kiwi sliep vredig in.
Natuurlijk realiseer ik mij dat er altijd een moment komt dat je van je diertje(s) afscheid moet nemen. Als ervaringsdeskundige heb ik dat acht keer eerder mee moeten maken. Nee, zeven keer, want toen Morro erg ziek was, heeft hij in de tuin zelf afscheid van mij genomen.* Moortje, Minni, Jansentje, Jakoppie, schoonkater Moppie, aanlopertje Rocky en Lotta waren wel zichtbaar ziek.
En Kiwi?, daar heb ik na een slopende maand in een half uurtje afscheid van moeten nemen, terwijl op het eerste gezicht met m’n vriendje niets aan de hand leek. Hij hield de schijn hoog.
0624
NB: *https://kroondomein.com/zijn-stoere-einde/